Soms onthult een restauratie veel meer dan verwacht. Tijdens de behandeling van Feestvierders op een markt in Prati van Jan Miel (1599-1664) kwam zowaar zijn signatuur en een eigenhandige inscriptie aan het licht. Hoewel lange tijd gedacht werd dat dit imposante werk niet gesigneerd was – op de voorzijde is immers geen opschrift te zien – bleek de meester zijn naam te hebben genoteerd op de achterzijde van het doek. Ook de plaats waar en het jaar waarin hij het stuk vervaardigd had, gaf hij prijs. Miels opschrift bleef bijna vierhonderd jaar lang verborgen… tot nu!

Jan Miel, Feestvierders op een markt in Prati, 1650. Olieverf op doek, 87,6 x 174 cm. Antwerpen, The Phoebus Foundation

Honingh-bie

Jan Miel werd geboren in Beveren maar trok in het midden van de jaren 1630 naar Rome.1 Daar bouwde hij een succesvolle carrière uit, en sloot zich aan bij de Bentvueghels, een notoir genootschap van kunstenaars uit de Lage Landen. Elk nieuw lid kreeg een bijnaam, en met een familienaam die gelijk is aan het Franse woord voor ‘honing’, kreeg Jan Miel niet geheel onverwacht de Bentnaam ‘Honingh-bie’ (‘honingbij’).

Prestigieuze opdrachtgever

Miels levendige taferelen met feestende volksfiguren, zogenaamde ‘bambocciate’, waren bijzonder geliefd bij aristocratische verzamelaars. Uit eerder onderzoek blijkt dat Feestvierders op een markt in Prati hoogstwaarschijnlijk werd vervaardigd in opdracht van de invloedrijke markies Tommaso Raggi (1595/6-1679). Oorspronkelijk van Genuese afkomst, vestigde hij zich rond 1629 in Rome waar hij uitgroeide tot een befaamd kunstmecenas met een voorliefde voor Vlaamse meesters.

Raggi bestelde vijf schilderijen van hetzelfde formaat bij Miel. Kunstenaarsbiograaf Filippo Baldinucci haalde er twee aan: ‘Per lo Marchese Raggi fecene due in quadri lunghi, in uno de’ quali fece vedere con bello artifizio il corso e le mascherate del Carnevale.’2 Aangenomen wordt dat het schilderij dat hij beschreef Carnaval op het Piazza Colonna in Rome is, nu in het Wadsworth Atheneum Museum of Art in Hartford, Connecticut.3 Het tweede schilderij werd lang verloren gewaand, maar zou Feestvierders op een markt in Prati kunnen zijn aangezien de afmetingen ervan (87,6 bij 174 cm) sterk overeenkomen met die van het schilderij in Hartford (88,9 bij 175,9 cm).4 Het langwerpige formaat wijst er allicht op dat het om ‘supraportes’ ging, stukken die boven de deuren hingen wellicht van Raggi’s palazzo bij het Campidoglio in Rome.

Bovendien sluit de uiterst nauwkeurige beschrijving van een schilderij in de collectie van graaf Jean Sellon d’Allaman, waarin Raggi’s schilderijen van Miel terechtkwamen in de achttiende eeuw, opvallend goed aan bij Feestvierders op een markt in Prati:

Sur toile, hauteur 2 pieds 10 pouces, largeur 5 pieds 6 pouces. Une foire derrière la Basilique de St. Pierre à Rome. Cette merveille du monde se dessine dans le clair obscur. Dans le fond l’on découvre le Monte Mario, célèbre par la vue des sept collines, dont on y jouit. Ce tableau fourmille de groupes dessinés avec esprit, et où le peintre n’a rien négligé pour faire connoître les costumes et les physionomies des habitans de Rome, et des pays environnans. Cette bambochade, comme on nomme ce genre en Italie, donne une idée très-juste des rassemblemens populaires de ce pays. Le coloris ainsi que la composition ne laissent rien à désirer.’5

Dit alles maakt het erg aannemelijk dat Miels Feestvierders op een markt in Prati deel uitmaakte van Raggi’s vijfdelige reeks, waarvan er nu twee gelokaliseerd zijn.

Verborgen opschriften

Toen het werk in de collectie van The Phoebus Foundation terechtkwam, werd het, vanwege het ontbreken van een zichtbare signatuur, op stilistische basis toegeschreven aan Jan Miel en gedateerd rond 1655. De restauratiebehandeling leidde echter tot onverwachte vondsten: de bevestiging van de toeschrijving, de precisering van de datering en mogelijk aanvullend bewijs dat markies Raggi de opdrachtgever was.

Jan Miel, Carnaval op een Romeinse piazza, ca. 1650. Olieverf op doek, 60 x 78 cm. Antwerpen, The Phoebus Foundation

Bij de verwerving verkeerde Feestvierders op een markt in Prati in een alles behalve optimale staat. Een vergeelde vernislaag met microcraquelures zorgde voor een witte waas over het gehele oppervlak, waardoor details niet zichtbaar waren en het kleurenpalet dof oogde. Daarnaast bleek dat het canvas tijdens een eerdere restauratiebehandeling van een extra steundrager was voorzien. Dit grof geweven doubleerdoek was aangebracht met behulp van een traditionele kleefstof op basis van collageenlijm en/of stijfsel en meel (papbedoeking), een techniek die bijzonder populair was in Italië tijdens de achttiende en negentiende eeuw.6

Door de verzwakte hechting tussen het originele en later aangebrachte doek ontstonden vervormingen. Daarom werd besloten het oude doubleerdoek te verwijderen en een nieuwe steundrager aan te brengen. Nadat de oude steundrager was losgemaakt, kon voor het eerst in eeuwen de achterzijde van het originele doek worden onderzocht. Wat met het blote oog vage markeringen leken, bleek dankzij een infraroodopname een handgeschreven tekst te zijn. Meer nog, de signatuur van de meester: ‘Gio. Miele fecit et invent. / Roma 1650’ (‘Giovanni Miele heeft dit gemaakt en uitgevonden / Rome 1650’). Een erg vergelijkbare signatuur – ‘Giov. Miele fecit / Roma, 1653’ – bracht Miel rechtsonder aan, zij het op de voorzijde van het stilistisch verwante Carnaval in Rome dat nu behoort tot de collectie van het Museo del Prado in Madrid.7

IR-opname van de achterzijde van Jan Miels Feestvierders op een markt in Prati © IPARC
Detail van de IR-opname: Jan Miels signatuur op de achterzijde van Feestvierders op een markt in Prati © IPARC
Jan Miel, Oude vrouw die een kind ontluist, ca. 1650. Ets, 138 x 207 mm. Antwerpen, The Phoebus Foundation. Dit werk draagt linksboven het opschrift: ‘G. Miele fecit’.

De signatuur, eigenhandig aangebracht door de schilder, bevestigt dat hij niet alleen de compositie van Feestvierders op een markt in Prati bedacht maar ook zelf penseelde. Daarnaast laat Miels opschrift toe het werk precies te dateren en te situeren: in 1650 in Rome, wat overeenstemt met de biografische gegevens die over de kunstenaar bekend zijn. Het tafereel speelt zich bovendien af buiten de Romeinse stadsmuren; op de achtergrond zijn de Sint-Pietersbasiliek en de Monte Mario te herkennen. Dat Jan Miel zijn naam italianiseerde tot ‘Gio[vanni] Miele’, sluit eveneens aan bij zijn langdurige verblijf en professionele succes in de Eeuwige Stad.

Verder is op de achterkant van het originele doek nog een tweede, veel groter opschrift te zien. In een ander handschrift werd ‘TR33’ genoteerd. Dit lijkt een inventarisnummer te zijn. Hoogstwaarschijnlijk verwijst dit naar de collectie van de eerder genoemde opdrachtgever van het schilderij: Tommaso Raggi. Als dat effectief zo is, bevestigt deze ontdekking dat Feestvierders op een markt in Prati behoorde tot de vijfdelige reeks die de markies bij Miel bestelde.

Impuls voor verder onderzoek

De ontdekking van Miels signatuur op de achterzijde van Feestvierders op een markt in Prati geeft een nieuwe impuls aan het onderzoek naar het oeuvre van de Beverse meester. Tot nu toe werd immers aangenomen dat Miel zijn werken niet vaak signeerde. Zijn er misschien nog andere schilderijen die aan hem toegeschreven worden die eveneens een opschrift op de achterkant dragen?

Bovendien vormt de door Miel zelf genoteerde datering van Feestvierders op een markt in Prati een duidelijk referentiepunt in zijn oeuvre. Het stelt kunsthistorici in staat om Miels stilistische ontwikkeling preciezer te situeren en andere niet-gedateerde werken daaraan te toetsen. Wat de opdrachtgever betreft: aangezien Tommaso Raggi Carnaval op het Piazza Colonna in Rome in het Wadsworth Atheneum Museum of Art meer dan waarschijnlijk samen met Feestvierders op een markt in Prati bestelde, is het mogelijk ook dat eerstgenoemde werk in of rond 1650 te dateren. Misschien heeft het wel een vergelijkbare signatuur op de achterkant.

Detail van Jan Miels Feestvierders op een markt in Prati

Conclusie

Dankzij de minutieuze restauratiebehandeling waarbij ook de vergeelde vernislaag werd verwijderd en de oorspronkelijke, vergulde lijst werd hersteld, kreeg Feestvierders op een markt in Prati niet alleen zijn kleurenpracht en kunstige details terug.8 Het opschrift ‘TR33’ lijkt het eerdere onderzoek te ondersteunen dat aantoonde dat de Genuese markies Tommaso Raggi de opdrachtgever van het schilderij was. Bovendien staat dankzij Jan Miels eigenhandige nota op een onverwachte plek – op de achterzijde van het doek – de toeschrijving en datering ervan, na eeuwenlang verborgen te zijn onder de oude steundrager, nu definitief vast. Deze vondsten herschrijven niet alleen een stukje kunstgeschiedenis, maar maken ook de weg vrij voor nog meer ontdekkingen over de fascinerende, barokke expat die Jan Miel was.

Detail van Jan Miels Feestvierders op een markt in Prati

Hoe te citeren?

S. Van Dorst & L. Kelchtermans, ‘Signatuur en inscriptie van Jan Miel ontdekt’, Phoebus Findings, https://phoebusfoundation.org/phoebus_findings/9/, geraadpleegd op [dd.mm.jjjj].

Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze Phoebus Finding mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand en/of openbaar gemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch of enige andere manier zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van The Phoebus Foundation. Als u opmerkingen heeft of beeldmateriaal wilt gebruiken, laat het ons weten: info@phoebusfoundation.org.

Footnotes

  1. Over de schilder en de Bentvueghels, zie o.a. A. De Witte, ‘Kunstschilder Jan Miel: doopdatum, familie en verwanten in Beveren (begin 17de eeuw)’, Het Land van Beveren, 59, 4 (2016): 195-208; L.M. Helmus, De Bentvueghels: een berucht kunstgenootschap in Rome, 1620-1720, Amsterdam, 2023.[]
  2. F. Baldinucci, Notizie de’ professori del disegno da Cimabue in qua, vol 6, Firenze, 1728: 367.[]
  3. Voor een afbeelding, zie https://5058.sydneyplus.com/argus/final/Portal/Public.aspx?lang=en-US&g_AABJ=final+%7cObject+%7cPortalAggr+%3d+%27jan+Miel%27&d=d, geraadpleegd op 25.02.2025. Zie ook T.J. Kren, Jan Miel (1599-1664). A Flemish Painter in Rome, 3 dln, doctoraatsverhandeling, Yale University, 1978: dl 2, 26-30 en 166; E. Haverkamp-Begemann (red.), Wadsworth Atheneum Paintings: The Netherlands and the German-speaking Countries, Fifteenth-Nineteenth Centuries, mus.cat., Hartford, Wadsworth Atheneum Museum of Art, 1978: 162-164; E. Zafran (red.), Renaissance to Rococo: Masterpieces from the Wadsworth Atheneum Museum of Art, New Haven, 2004: 120-121.[]
  4. Londen, Christie’s, 06.07.2018, lot 152.[]
  5. Catalogue raisonné Des 215 Tableaux les plus capitaux du Cabinet de M.r le Comte de Sellon d’Allaman […], s.l., 1795: 42-43, nr. 117.[]
  6. S. Van Dorst, Technical Examination Report, d.d. 25.07.2022.[]
  7. Ook de Caritas die als lot 307 op 24.04.2018 geveild werd bij Dorotheum in Wenen signeerde Miel op de voorzijde van het doek linksonder met het gelijkende ‘Gio. Miele/fecit… Roma/1653’. Voor afbeeldingen van dit werk en dat in het Prado, zie https://www.dorotheum.com/de/l/5136563/ en https://www.museodelprado.es/coleccion/obra-de-arte/el-carnaval-en-roma/a2ac0b11-3d19-474a-b42e-3cac5df9a9ad, geraadpleegd op 25.02.2025.[]
  8. Met warme dank aan de restauratoren van IPARC die instonden voor de behandeling van het canvas, Alexandra Taylor die tijdens haar Phoebus Fellowship hielp bij de vernisafname van het doek (https://phoebusfoundation.org/beleef/maak-kennis-met-phoebus-fellow-alexandra/), Titania Hess voor de voltooiing van de behandeling, Bart Welten voor het restaureren van de lijst en Katrijn Van Bragt voor het vooronderzoek.[]